Centro de Portugal, de officiele naam voor dit gebied, ligt tussen Lissabon en Porto. De roadtrip die ik onlangs maakte, stond in het teken van het UNESCO Werelderfgoed en voerde ons vanaf Porto verder landinwaarts om tenslotte in Lissabon te eindigen.
Côa vallei
We starten met een bezoek aan het Côa Museum dat in de Côa vallei ligt, zo’n tien kilometer van de Spaanse Grens. Aan de oevers van de rivieren Côa en Agueda, zijtakken van de Douro, is het meest indrukwekkende openluchtmuseum van Portugal te vinden, Côa Vallei Archeologisch Park. Circa 5000 prehistorische rotstekeningen in Foz Côa zijn over een lengte van 25 kilometer in het Côa vallei Archeologische park te vinden. Volgens de conservator van het bijbehorende museum bewijzen deze tekeningen dat onze voorouders daadwerkelijk op artistieke wijze te werk gingen en een aanzet gaven tot de start van de abstractie. In de gehakte kunstuitingen zien we geiten, paarden, stieren, herten, geiten en vissen. Fascinerend is het feit dat er ook tekeningen zijn van dieren zonder poten die als een soort geesten lijken te zweven.
Het park werd in 1996 opgericht en in 1997 tot UNESCO werelderfgoed benoemd. Voorafgaand aan het bezoek aan de rotstekeningen is een bezoek aan het museum bijna verplicht. Hier is veel achtergrondinformatie verkrijgbaar over de tekeningen en hun makers. In het museum kom je er achter waarom de rotstekeningen van de Côa Vallei kunstuitingen zijn en niet zomaar prehistoristische graffiti. De wisselende kunsttentoonstellingen die er worden gehouden en het prachtig vormgegeven gebouw maken het bezoek extra interessant.
Na de theorie in het museum is het de hoogste tijd om de gehakte kunst daadwerkelijk te gaan bekijken. Daarvoor moeten we echter wachten tot de duisternis ingevallen is. De tussentijd gebruiken we om ons in te checken in Casa da Cisterna in Castelo Rodrigo. In dit oeroude bergdorp met hobbelige keitjes, pittoreske steegjes en een eeuwenoude kasteelruïne woont nog een handjevol mensen. Casa da Cisterna is door de eigenaren liefdevol en vakkundig verbouwd tot een waar paleisje waar de gasten verwend worden met huisgemaakte streekproducten.
Als we door het meer dan 600 jaar oude stadje lopen, worden we binnengeroepen door de eigenaar van Sabores do Castelo, de Gourmet shop van de regio. We moeten proeven van gesuikerde amandelen, gezouten amandelen, naturel amandelen en van een glaasje port. De producten die van amandelen gemaakt worden, zoals cosmetische producten, worden hier in Castelo Rodrigo op ambachtelijke wijze gemaakt.
Na de voortreffelijke maaltijd in Casa di Cisterna stappen we in 4Wdrives om naar de rivierbedding te rijden waar de gravures te zien zijn. In de donkere nacht schijnt het licht van de volle maan op het glinsterende lint dat de rivier geworden is. We lopen achter de gids aan die ons naar een rotspartij leidt. En dan, vlak voor onze ogen, ontwikkelt zich een bijzonder schouwspel: de inscripties zijn alleen goed te zien als ze door een zaklantaarn worden beschenen. In de stilte van de avond, met alleen de volle maan en de sterren als lichtbron brengt het zien van de rotstekeningen, die misschien wel 20.000 jaar geleden zijn aangebracht, bij alle aanwezigen een soort ontroering teweeg.
Coimbra
De volgende dag staat het UNESCO werelderfgoed, de universiteit van Coimbra op het programma. De rit van Castelo Rodrigo naar Coimbra duurt ongeveer anderhalf uur en zelden zag ik in zo’n korte tijd zoveel verschillende landschappen aan me voorbijgaan. Overal zijn de typisch Portugese dorpjes met hun huizen met rode daken te zien. We rijden langs schaapskudden, door valleien, over heuvels, zien bergen in de verte en komen in een bosrijk gebied met allerlei naaldbomen. Vervolgens verandert het toneel in een woest en ruig landschap waar het lijkt of eeuwen geleden een boze reus een zak met grove rotsblokken boven de aarde uitstortte. Nog maar een paar kilometer verder verandert het ruige landschap in een lieflijk heideachtige omgeving om vervolgens weer te veranderen in een gebied waar witte, rondgeslepen reusachtige keien liggen. Deze streek is mysterieus, woest, lieflijk en imponerend tegelijk. Aan het einde van deze verrassende rit doemt de studentenstad Coimbra op.
De universiteit van Coimbra is één van de oudste ter wereld. De universiteit is sinds 1537 in het koninklijk paleis van Alcácova gehuisvest, maar bestond ver voor die tijd al. Inmiddels is het universiteitcomplex uitgegroeid tot een kleine stad die boven op een heuvel ligt. Studenten uit de hele wereld komen naar Coimbra om hier in het Portugees te studeren. We dwalen wat rond over het immens grote terrein en zien hier en daar studenten met een traditionele zwarte cape lopen. De rondleiding die wij krijgen voert ons ook naar de bibliotheek. In deze schitterende bibliotheek, die toegankelijk is voor bezoekers, worden zo’n 300.000 boeken bewaard. Wie hier een boek wil lezen, moet een heel goede reden hebben.
Tot aan het vallen van de schemering hangen de hulptroepen die het UNESCO erfgoed beschermen, nog onzichtbaar voor het publiek achter de boekenplanken. Zodra de schemer invalt en de antieke tafels met beschermende folie zijn afgedekt, vliegt een tiental vleermuizen rond om de achttiende-eeuwse bibliotheek van de Universiteit van Coimbra te vrijwaren van insecten die de kostbare boeken mogelijk schade toe kunnen brengen. Een knap staaltje van biologische bestrijding!
Om in de torenhoge onderhoudskosten van de gebouwen te voorzien, wordt entree geheven. Dagelijks worden er meerdere geleide tours door het complex gehouden. Een bezoek aan het rariteitenkabinet van de universiteit museum is de moeite waard. In deze gebouwen vind je een combinatie van opgezette dieren, geheimzinnige wetenschappelijke toestellen en vreemde objecten.
We wandelen bergafwaarts de stad Coimbra in. De stad bruist van het leven door de aanwezigheid van de talloze studenten. Op een pleintje staat een karretje waar gepofte kastanjes worden verkocht, een regionale lekkernij. We passeren een soort theatertje waar iedereen die dat wil aan kan schuiven om naar de Fado te luisteren. Fado is het Portugese levenslied. In veel restaurants en cafés is deze muziek te horen. Als we één van de bruggen overgestoken zijn, komt ons hotel in zicht: Quinta das Lagrimas. Dit achttiende-eeuwse paleis is volledig gerestaureerd en biedt een eerbetoon aan prins Pedro en Inêz de Castro. Dit liefdespaar had in de 14e eeuw een verboden affaire die dramatisch eindigde. De geest van de geliefden is, vooral in de botanische tuin rondom het hotel bijna tastbaar.
Eén van de meest indrukwekkende bouwwerken die door de Tempeliers in dit gebied zijn gemaakt, is het klooster the Convent of Christ in Tomar. De Tempeliers begonnen in de 12e eeuw met bouwen en door de eeuwen heen zijn er steeds stukken aangepast en bijgebouwd. Het resultaat is imposant. Neem vooral de tijd om rustig door het complex te wandelen en vergeet niet om vanaf de hoger gelegen delen neer te kijken op het grote fontein in het midden van het klooster. Dit heeft het symbool van de Tempeliers. Ook dit klooster behoort toe aan het UNESCO werelderfgoed.
De UNESCO erfgoederen zijn in Centro de Portugal goed vertegenwoordigd en we bezoeken er alweer een. Dit keer gaan we het Batalha klooster binnen dat sinds 1983 op de werelderfgoedlijst staat. Dit Dominicaner klooster werd gebouwd ter herinnering aan de overwinning van de Portugezen over de Castilianen bij de slag van Aljubarrota in 1385. Als we rondgeleid worden heeft onze gids een verrassing in petto: bij hoge uitzondering mogen we op het dak van het klooster kijken en foto’s maken. Er gaat in een muur een bijna onzichtbaar deurtje open waarachter zich een stikdonkere wenteltrap bevindt. Er zit niets anders op dan bijna op de tast de treden op te gaan totdat het een beetje lichter wordt. Vanaf het dak hebben we een fabelachtig uitzicht waar ik pas van kan genieten als ik uitgehijgd ben. Elke keer neem ik me voor iets aan mijn belabberde conditie te doen, een voornemen dat ik meestal snel weer vergeet.
Fatima
Voordat we intrek nemen in ons hotel bezoeken we Fatima. Deze plaats is een ontmoetingsplek voor Christenen, Katholieken, Joden, Moslims, Hindoes, Boeddhisten en wat er nog meer voor geloven op deze wereld zijn. Op 13 mei 1917 verscheen in Fatima, Maria aan drie herderskinderen. De verschijning beloofde elke maand op de 13e terug te zullen komen en al snel verzamelden zich duizenden mensen op de 13e van de maand op de plek van de verschijning. Maria maakte aan de kinderen drie geheimen bekend. Deze geheimen waren bekend bij het Vaticaan. Er waren op 13 oktober 1917 zo’n 70.000 belangstellenden die het fenomeen van het Zonnewonder van Fátima ervoeren. Op dat moment leek de zon neer te dalen op de menigte, maar trok zich op het laatste moment terug. Alle pogingen om dit fenomeen natuurkundig of rationeel te verklaren liepen op niets uit. Sindsdien is Fatima een pelgrimsoord voor gelovigen die hopen op genezing, een wonder, geluk, beterschap en dit proberen af te dwingen door een kaars te kopen bij het rijkelijk bevoorraadde stalletje en deze vervolgens al biddend op de daarvoor bestemde tafel te plaatsen. Voor sommige gelovigen wier gebed is verhoord, of van diegenen die het nog niet verhoord is, is het branden van een kaars niet genoeg. Zij kruipen op hun knieën vanaf het kruis over het plein naar de kapel van Maria, desnoods meerdere keren achter elkaar. Een glimmend gepolijst spoor in de bestrating verraadt hoe de kruiproute loopt. Jaarlijks komen duizenden gelovigen vanuit alle hoeken van de wereld op 13 mei en 13 oktober naar Fatima om de eerste en de laatste verschijning van Maria te herdenken. In 2005 is een nieuwe kerk met 9000 zitplaatsen, in gebruik genomen, lijnrecht tegenover de oude basiliek.
We dineren en overnachten op alweer zo’n unieke plek: Luz Houses in Moimento, vlakbij Fatima. De atmosfeer bij Luz Houzes is onbeschrijfelijk. Hier worden je lichaam en ziel gepamperd tot in het kleinste detail. De eigenaren hebben er alles aan gedaan om de gasten het gevoel te geven thuis te komen. Voor de exclusief ingerichte appartementjes staan gratis leenfietsen, er is een meditatiepad en een wellnessgrot. Ontbijten doe je bij Luz Houzes met de geur van eigengebakken brood.
Na het heerlijke ontbijt bij Luz Houses is het weer tijd voor een ander UNESCO Werelderfgoed: het klooster van Santa Maria d’Alobaca dat in de 12e eeuw werd gesticht. De aard van deze reis bracht met zich mee dat we veel kloosters en kerken hebben gezien, maar elke keer is er toch iets anders of bijzonders aan een kerk te zien. Maken de meeste kerken en klooster indruk door hun overvloed aan beelden, schilderijen en decoraties, het klooster waar we nu naar binnen gaan is gesticht door de Cisterciënzerorde, en dat betekent dat er weinig decoratie aangebracht is en dat de inrichting sober is gehouden. De indrukwekkende pilaren en bogen doen je nietig voelen en dat was waarschijnlijk precies de bedoeling van de makers. In de zomer worden in de kloostertuinen doorlopend klassieke concerten gegeven. Achter in de kerk komen we twee oude bekenden tegen: Pedro en Inêz, de geliefden die in de 14e eeuw in Coimbra een onmogelijke en dramatisch eindigende liefdesaffaire hadden. Ze liggen tegenover elkaar in hun eigen praalgraf.
Peniche
Voor we in het specialiteitenrestaurant Nau dos Corvos in Peniche gaan lunchen, verbazen we ons nog even op dit schiereiland. We zien de zoveelste variant op de natuurverschijnselen in dit stukje Portugal. Rotseilanden midden in zee, vulkanisch gevormde basaltpartijen waar allerlei zeevogels op uitrusten en woeste golven, kunnen we nu ook van onze ‘gezien’-lijst aftikken.
Óbidos
Hoewel het geen UNESCO erfgoed is, doen we onderweg naar de luchthaven van Lissabon nog even snel de middeleeuwse stad Óbidos aan. Een schattig stadje met middeleeuwse stadsmuren en een overheersend Moors kasteel. We slenteren door de smalle straatjes en nauwe schilderachtige steegjes, bewonderen de bougainville die nog steeds in bloei staat en drinken een glaasje Ginja. Dit likeurtje wordt geserveerd in een chocolade glaasje, waarvan het de bedoeling is dat je die na het opdrinken van de Ginja meteen opeet. Heb je ook geen afwas!
Meer weten: bezoek www.visitcentrodeportugal.com.pt en www.visitportugal.com.
1 reacties
Wij waren een maand terug in deze regio en ook ons viel het op hoe ontzettend veel Unesco wereldrerfgoederen er zijn. De kloosters van Tomar, Batalha en Alcoba zijn er ook nog, vond ik ook prachtig!