De eerste keer met je hond op kampeervakantie? Dat is natuurlijk ontzettend leuk! Hond op de achterbank, koppie uit het raam, mand in de auto en voedsel mee. Tenminste dat zou je denken. Er komt net iets meer kijken bij het meenemen van een hond wanneer je gaat kamperen. Niks om af te schrikken, want het is allemaal prima te regelen. Zolang je het maar weet en dus voorbereid op vakantie kunt vertrekken.
1. Het hondenpaspoort
Net als jij zelf, moet je ook je hond kunnen legitimeren. Als het goed is heb je bij de aankoop van je hond en paspoort gekregen. Die zal altijd mee op vakantie moeten. Zo kun je bewijzen dat je hond aan bepaalde regelgeving voldoet én heb je altijd alle nummers bij de hand wanneer hij of zij onverhoopt weg zou lopen.
2. Regelgeving en wetten
Ieder land heeft andere regels met betrekking tot honden. Zo ook in Europa verschilt dat dus enorm. Bijvoorbeeld over hondengordels in de auto, maar ook over inentingen, los rondlopen en zwemmen in de zee. Check daarom altijd per land even de regelgeving, ook voor de landen waar je alleen doorheen rijdt. Zo kom je nooit voor verrassingen te staan en heb je altijd alle benodigdheden bij de hand.
3. Inentingen
Inentingen benoemen we nog even apart omdat dit wel een belangrijk puntje is. In het hondenpaspoort kun je vinden welke inentingen je hond heeft gehad. Zoek voor ieder land (ook doorreislanden) op welke inentingen verplicht zijn, want dit moet je bij de grens vaak kunnen laten zien. Ook de tijd die tussen de inentingen en het binnenkomen van het land zit, is belangrijk in veel kampeerlanden in Europa.
4. Campings en honden
Op sommige campings zijn honden wel toegestaan en op sommige niet. Daarnaast kan het ook voorkomen dat honden wel op de camping mogen maar niet op het nabijgelegen strand of in het campingrestaurant. Check daarom ook nog even bij de reservering waar de hond allemaal mee naartoe mag om zo van een zo gezellig mogelijke vakantie te kunnen genieten met z’n allen.
5. Extra spulletjes
Sommige spullen zijn nog belangrijker om mee te nemen wanneer je op vakantie gaat, dan wanneer je in Nederland bent. Bijvoorbeeld een tekenpen is een fijn attribuut om altijd bij je te hebben. Zo ook hondenshampoo voor wanneer je lieve viervoeter ergens in een plas is gesprongen. Ideaal op de camping is een soort haring (speciaal voor honden) met een lang touw eraan. Zo hoef je ze niet 24/7 in de gaten te houden en kunnen ze ook niet weglopen. Let er wel op dat je ze dan aan een tuigje doet en niet alleen aan een halsband. Als ze met enkel een halsband ergens overheen springen, dan kunnen ze zich bezeren of zelfs zichzelf ophangen.
6. Water en nog meer water
Het is op vakantie natuurlijk extra belangrijk om voor voldoende verkoeling te zorgen. De temperaturen in (zuid-)Europa kunnen hoog oplopen en honden koelen nou eenmaal wat minder makkelijk af dan mensen. Zorg dat je altijd drinkwater bij je hebt, ook als je maar tien minuutjes gaat lopen. Je hond kan dat bijvoorbeeld drinken uit een opvouwbaar drinkbakje of uit je handen (maar dan loopt er waarschijnlijk ook veel water weg). Ook op de campingplek zelf heeft je viervoeter een schaduwplek nodig met koele kleedjes en water in de buurt.
7. Honden in de auto
We hadden het al even kort benoemd bij regelgeving en wetten, maar voor honden in de auto gelden er allerlei regels. Niets ingewikkelds, gewoon iets om van op de hoogte te zijn zodat je het van tevoren geregeld kunt hebben. In sommige landen moeten honden achter een hondenrekje vervoerd worden, in andere landen in een Bench en in sommige landen zijn er weinig regels. Op de voorstoel mag bijna nooit. Ook kan het voorkomen dat je hond in de auto een muilkorf om moet. Daar wordt dan misschien niet zo streng op gecontroleerd, maar dan scheelt het wel als je hem bij je hebt zodat je hem meteen om kan doen wanneer het ‘nodig’ is volgens de autoriteiten.