Een goedkoop vliegtuigticket bij een low-budget vliegtuigmaatschappij, een huurauto die klaar stond op de luchthaven en een huisje net buiten het centrum van Alghero tussen de olijfbomen met vanop de heuvel waar het zich bevond een prachtig uitzicht over de stad, de zee en het strand. Meer moest ik samen met drie vrienden niet hebben om een prachtige vakantie te beleven in het al even prachtige Sardinië.
Kliffen, baaitjes en rotsige eilandjes
Sardinië maakt deel uit van Italië en ligt pal ten zuiden van het eiland Corsica, ten westen van de Laars van Italië, en ten noorden van Tunesië, alhoewel deze laatste al wat verder ligt. Na Sicilië is dit het grootste eiland in de Middelandse Zee. Het eiland wordt omringd door een grote reeks van rotsige eilandjes, soms bewoond, soms in gebruik door kleine veeboeren die ’s avonds weer huiswaarts, aan de vaste wal, keren. Ontelbaar zijn de kleine zanderige baaitjes, omringd door vele kliffen, terwijl het zeewater ter plaatse een specifieke kleur heeft. Altijd weer opnieuw heerlijk om een frisse duik te nemen ergens op een strandje waar mensen zeldzamer zijn dan de schelpen die er liggen.
Alghero een stad die nooit slaapt
Onze uitvalsbasis was Alghero. Van alle steden die op Sardinië in het verre verleden door de Aragonezen veroverd zijn, is Alghero het meest Spaans gebleven. Veel van het Catalaanse karakter van Alghero is behouden gebleven, je merkt dat gewoon overal. Alghero profiteert trouwens nog steeds van haar Spaanse tijd: de flair van een ‘mini-Barcelona’ – zoals Alghero wordt genoemd – trekt nog steeds talloze Europese toeristen en in de zomer veel jeugd van het Italiaanse vasteland. De oude stad aan de kant van de zee met de nog helemaal intact gebleven stadsmuur, de kosmopolitische sfeer en de mooie stranden staan gerant voor een afwisselend verblijf in de stad en haar omgeving. Wij genoten er alvast met volle teugen. Het is heerlijk om zowel ’s avonds als overdag te flaneren door de smalle straatjes in de oude binnenstad en de stadsmuur die opstijgt uit de zee als een stoere zeevaarder op zijn schip. Overal vind je kleine avondlijke bars, heerlijke restaurantjes en vele terrasjes om te genieten met volle teugen. Wij hebben in ieder geval vele uren – soms tot de late uurtjes – doorgebracht in de stad. En overdag kuieren langs het strand en eerlijk gezegd ook al eens plat achterover vol met zonnebrandolie tussen de zandkorrels.
Grotta di Nettuno, de onderwereld van Sardinië
De huurauto die diende natuurlijk om uitstappen te maken, want het centrum lag op wandelafstand. Een van de plaatsen die we bezochten waren de Grotta di Nettuno. Deze druipsteengrotten ten westen van Alghero liggen ongeveer een meter boven zeeniveau aan de voet van een 110 meter hoge klif aan Capo Caccia en zijn alleen bij een rustige zee te bezichtigen. De grotten zijn per boot of door middel van een pad met 654 treden langs de steile rots, Escala del Cabirol, te bereiken. Deze afdaling is al een avontuur op zich, maar absoluut de moeite waard om de benen te strekken.
Bosa, anders dan de anderen
Iets ten zuiden van Alghero ontdekten we Bosa. Deze plaats is anders. De inwoners van Bosa hadden naar het schijnt lange tijd geen belangstelling voor de nabijgelegen zee – de Temo, de enige bevaarbare rivier van Sardinië, was hen als waterweg genoeg. Het stadje zelf ligt dan ook niet knal tegen de zee. De huizen in de oude wijk Sacosta liggen tegen de heuvel Serravalle geplakt en tellen veelal meerdere verdiepingen die met kleine trappetjes met elkaar verbonden zijn. Het middeleeuwse aandoende stadje ligt – omringd door weilanden, wijngaarden en olijfbomen – aan de voet van een kasteel, gebouwd door de Genuese graaf Malaspina. Je zal meteen merken bij het naderen van Bosa, dat deze anders is dan de anderen.
Capo Falcone, meer dan alleen strand
Als je in Alghero verblijft dan ga je zeker en vast ook naar de Capo Falcone ten noorden van Alghero. Het spectaculaire Spiaggia di Pelosa aan deze kaap is het mooiste strand in het noordwesten van Sardinië. Het kan zich met elk willekeurig strand in het Caribisch gebied meten. Het transparante blauwe water aan een uitzonderlijk wit zandstrand zal je hier zeker verbazen. Maar ontdek hier vlakbij zeker en vast ook het kleine vissersdorp Stintino met slechts een handvol inwoners, veel sfeer en heerlijk eten.
Zon en klimaat
En het klimaat? Wij gingen in juni en hadden alvast alle dagen zon en zwembroektemperaturen. Het eiland heeft een subtropisch, mediterraan klimaat. De zomers kunnen dus zeer warm worden, en de winters zouden doorgaans mild zijn, maar waarbij volgens de eigenaars van het kleine huisje dat we huurden sneeuw in de bergen op het eiland geen uitzondering is. De kustregionen blijven doorgaans van sneeuw gevrijwaard wist men ons te vertellen. Daarnaast staat het eiland altijd onder invloed van een heerlijk briesje.
En het beste “stukje Sardinië”? Dat waren de olijven, overheerlijk.
2 reacties
Leuk stuk. Capo Falcone ligt alleen niet ten zuiden, maar ten noorden van Alghero.
Oeps, dat klopt inderdaad. Ik heb het noorden en het zuiden omgewisseld. Ook Bosa ligt niet in het noorden zoals vermeld, maar in het zuiden. Bedankt voor je opmerkzaamheid.