De meesten kennen Sevilla van de bekende driehoek met Granada en Málaga. Alle drie stuk voor stuk prachtige steden, maar voor mij steekt Sevilla hier echt bovenuit. Waarom? Hieronder lees je de 5 bezienswaardigheden. Vanuit ons hotel Posada del Lucero konden we alle bezienswaardigheden te voet bewonderen.
1. Plaza de España
Dit grote plein komt waarschijnlijk boven aan bij je zoekresultaten als je zoekt op ‘Sevilla’. En dat is niet zonder reden. Dit imposante plein met een gracht, waar je ook een rondje overheen kan varen, zorgt ervoor dat je mond openvalt. Je kunt een rondje wandelen over het plein, naar boven gaan en vanaf de balustrade het plein overkijken. Op een zonnige dag kun je neerstrijken op een van de met mozaïek betegelde bankjes. Op het midden van het plein, in de schaduw van een balustrade klinkt vaak de trommelende muziek en het getik van hakken op de grond. Hier danst een vrouw de flamenco en neem vooral even de tijd om hiernaar te kijken.
2. Setas de Sevilla
Deze bezienswaardigheid staat beter bekend als de Metropol Parasal op Plaza de la Encarnación. De enorme houten constructie werd ooit gebouwd om de omgeving een nieuw jasje te geven en tegenwoordig is het een toeristische attractie en wordt er ’s avonds door jongeren een biertje gedronken op de trappen. Voor 13 euro beklim je het houten bouwwerk en word je beloond met een prachtig uitzicht over de uitgestrekte stad. Zowel overdag als ’s avonds is het heel mooi, maar zonsondergang blijft wel mijn favoriet!
3. Real Alcázar de Sevilla
Het Real Alcázar de Sevilla is het koninklijk paleis en lijkt als een verborgen parel achter de muren verborgen te liggen. Hier waan je je in de koninklijke sferen. In de enorme tuinen kun je, als je geluk hebt, ook een pauw met uitgespreide veren spotten!
In het hoogseizoen is een kaartje van tevoren kopen aan te raden, maar in het laagseizoen kan het ook gewoon bij de deur. Vergeet vooral je studentenpas niet, want hiermee krijg je meer dan 50% korting. Wil je het paleis bezoeken op een maandag? Let dan op, want in het hoogseizoen (april tot en met september) kun je op maandagen van 18.00 tot 19.00 uur gratis naar binnen en in het laagseizoen (oktober tot maart) van 16.00 tot 17.00 uur.
4. Tapas y más!
Wie Spanje zegt, zegt tapas, rode wijn en veel eten. Er zijn heerlijke eettentjes te vinden in het centrum van Sevilla en wie zegt dat je niet ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds ergens iets kunt eten? Voor de brunch zijn mijn favoriete eettentjes La Mala Brunch en Mamá Inés. Het laatste tentje wordt vaak overgeslagen, omdat het uit de route ligt, maar het is absoluut de moeite waard. Ze serveren hier heerlijke tosti’s. Ben je op zoek naar een typisch Spaans tapastentje? Neem dan eens een kijkje bij Universal People Bar de Tapas of bij El Pintón. Het laatste restaurant serveert echt fenomenaal lekkere gerechten en het is hier dan ook altijd druk. Je moet geluk hebben als je op de bonnefooi aankomt, maar het is ook mogelijk om te reserveren.
5. Barrio de Triana
Dit is een van mijn favoriete wijken van Sevilla, vanwege de nauwe straatjes, gekleurde huisjes en de mooie kerkjes die ineens opdoemen als je een hoek omslaat. Het is een echte volkswijk. Maak een wandeling door de wijk en bezoek Mercado de Triana, de versmarkt. Aan de boulevard tegenover de Trianawijk (naast de Puente de Isabell II) heb je een mooi uitzicht op de gekleurde huisjes. Je kunt hier heerlijk aan de kade liggen, een boekje lezen of naar de mensen om je heen kijken.
Sevilla heeft veel te bieden en als je tijd hebt, ga dan ook zeker wat langer dan drie dagen, want er is genoeg te doen!